Hier lijkt iets
vreemds aan de hand: In de maand september van het jaar 1958 werd een
stripboek gepubliceerd met de naam: "The Face On Mars"
(vertaald: Het Gezicht op Mars. Zie: kirbymuseum.org/thefaceonmars)
door de beroemde stripauteur Jack Kirby (1917-1994). Dit was echter
18 jaar voordat het zogenaamde "gezicht op Mars" gevonden
werd door de Viking orbiter in het jaar 1976. Kirby's uitbeelding van
het "gezicht" lijkt ook wel op de echte, tot hoever we het
gezicht van Mars onder zijn zandlaag kunnen waarnemen. Het grootste
verschil is dat het gezicht in de strip rechtop staat in plaats van
ligt.
Hoe kon hij van het gezicht op Mars geweten hebben? Het
was bekend dat Kirby een obsessie had met buitenaardsen, UFO's en
buitenaardse kosmonauten. Aangenomen wordt dat hij ook geïnspireerd
was door de stripreeks: "John Carter of Mars" door Edgar
Rice Burrough uit de twintigste eeuw. Volgens science fiction-legende
Friz Leiber was Burroughs zelf beïnvloed door de inzichten van
"Madame" Blavatsky's Theosofische Gemeenschap, dus op
eenzelfde manier zou ook Kirby het idee hebben gekregen van de
informatie van helderzienden, of misschien dat hij het zelf zag in
een droom of visioen. (Afbeelding hieronder: Een scan van een pagina
uit het stripverhaal.)
Een complete beschrijving van de
strip:
"Het
Gezicht op
Mars", getekend door Jack Kirby en ingekleurd door Al Williamson.
– Op een expeditie van de maan van de Aarde naar de planeet Mars,
ontdekten een internationaal team van astronauten - geleid door de
Amerikaan Ben Fisher - een enorme sculptuur van een Marsgezicht - wat
zo groot is als een berg!
Stijgend naar de ondoorgrondelijke holle ogen van het beeld, stortte
Fisher naar binnen, waar hij een groen, met zonlicht verlicht
platteland aantrof met fris, rijk en adembare lucht, waar een
beschaving schuilt van 'schitterende reuzen'.
Plotseling wordt de stad van een andere wereld aangevallen door
insect-achtige vliegtuigen welke het thuisland van de reuzen in ruïnes
bombardeert. Buiten woede, stort Fisher zich op de aardappel-achtige
indringers welke uit het landende vliegtuig tevoorschijn komen, om hen
te laten proeven van hun eigen 'medicijn'.
Ontsteld door de moedwillige vernietiging vindt Fisher uiteindelijk een
verborgen bolwerk van de overlevende leden van het ras van de
Marsreuzen. Terwijl hij afluistert, ziet de aardman dat één van hen een
raket bestuurt om de thuisbasis van hun vijand te vernietigen, een
onbekende planeet die zich ergens tussen Mars en Jupiter bevindt!
Plotseling begint Fisher naar
adem te snakken! Het bewustzijn verliezende wanneer hij in de
vergetelheid valt, wordt Fisher uiteindelijk wakker op de vloer van
de woestijn op Mars, met een zuurstofmasker op zijn gezicht, terwijl
zijn expeditie-kameraden over hem zweven.
Fisher legt uit dat
het beeld [het gezicht op Mars] een 'zichtbare geschiedenis bevat van
de heldhaftige dood van een ras - en de overwinning van een
overlevende herinnering'. Wanneer ze later hun raket naar Jupiter
besturen, naar de Aarde, bekijken Fisher en zijn team nauwlettend de
met puinhopen bestrooide asteroïdengordel - 'de delen van een
planeet welke opblies tussen Mars en Jupiter...''